466 20 APRIL 1982 heb ik al eens gezegd dat wanneer op een gegeven moment zou blijken dat bepaalde instellingen of mensen in Breda betrokken zijn bij niet juiste handelingen, deze ook geen contractpartners meer kunnen zijn van de gemeente Breda. Dit laatste en het één na laatste heb ik ook overgebracht aan de besturen van de woningbouwverenigingen. Wij heb ben dus gesteld dat eerst het een en ander dient te worden bewezen, dat wij met bepaalde personen en instellingen geen zaken meer zullen doen wan neer bepaalde dingen zijn bewezen en voorts dat wij in de tussentijd heel voorzichtig zullen ope reren. Desondanks gaat Laurentius in zee met een bepaald bouwbedrijf, terwijl ik de wetenschap heb dat dit eveneens geldt voor een andere woningbouw vereniging, maar ik kan niet treden in de opdracht- geversbevoegdheid van de woningbouwverenigingen. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel van burgemeester en wet houders besloten, onder aantekening dat de heer Garritsen geacht wil worden te hebben te gen ge s temd 45. bijlage nr. 137 PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS BE HORENDE BIJ DE NOTA RENOVATIE EN GROOT ONDER HOUD. (vD) Mevrouw VAN ROOIJ-VAN DEN HEUVEL: Tot twee maal toe hebben wij uitvoerig de nota renovatie en groot onderhoud in de commissie behandeld. Dit is dan ook een belangrijke nota in de trits nota volkshuisvesting, nota stadsvernieuwing en ten slotte dan nu, als sluitstuk, de nota renovatie en groot onderhoud. In de wandeling zegt men dat het in dezen gaat om het behouden van de oude daken. Dit is een belangrijk gegeven, aangezien het hier een woningbestand betreft dat ook na onderhouds- en verbeteringsbeurten in de lagere-huurcategorie- en valt. Met de beide activiteiten is echter wel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 466