20 APRIL 1982 475 nieuw, want u doet dit al op een aantal plaatsen die voor de woningbouwverenigingen moeilijk lig gen, bijvoorbeeld in de Vismarktstraat; kleine projectjes pakt u zelf al aan. Het gaat ons met name om de vraag de heer Garritsen heeft daar ook over gesprokenof we zelf weer bij wijze van spreken een woningbouwvereniging gaan oprichten. U weet wel wat ik bedoel. Wethouder VAN DUN: Als u het zo benadert wordt het vrij moeilijk, maar ik wil even mijn verhaal afmaken. In de situaties waarop ik doelde zouden wij iets dergelijks kunnen doen. Ik heb dus de woningbouwverenigingen verzocht in eigen kring hierover eens te overleggen en uiteraard ben ik ertoe bereid de raad van de ontwikkelingen op de hoogte te houden. De concrete besluitvorming door de raad komt aan de orde op het moment waarop wij kredieten moeten vragen teneinde daadwerkelijk te kunnen gaan bouwen. De raad beslist dus in laatste termijn altijd of wel of niet hiertoe wordt over gegaan. De heer Van Asseldonk constateert terecht dat wij hiermee al bezig zijn. Met de woningbouw verenigingen hebben wij de afspraak gemaakt dat wij op wat moeilijke zeer kleinschalige lokaties, met name in de binnenstad, als gemeente als op drachtgever optreden. Ik wil u niet verhelen dat zich in dat verband wel eens meningsverschillen voordoen rond de vragen wat groot is en wat klein en wat wel of niet tot de binnenstad behoort, maar in redelijk overleg met de woningbouwverenigingen proberen wij ons daar overheen te tillen. Het door mij geschetste is dus de achtergrond van onze ge dachten omtrent het eventueel zelf bouwen, dat dus incidenteel zal plaatsvinden. Het is zeker niet onze bedoeling ernaar te streven dat de gemeente als woningbouwvereniging gaat optreden. Wij moeten evenwel niet vergeten dezer dagen komt daarom trent een voorstel aan de ordedat we een eigen woningbedrijf hebben. In dezen is sprake van een tweeledige functie, namelijk enerzijds het zonder

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 475