513
21 APRIL 1982
waarop je vanuit beleidsmatig oogpunt moet zeggen:
sorry, we kunnen nog best langer overleggen, maar
we kunnen geen overschrijdingen toelaten die het
gevolg zijn van het doorbetalen van onwenselijke
subsidies terwijl we het over de onwenselijkheid
daarvan allemaal eens zijn. Ik denk dat we tegen
de georganiseerde sport moeten zeggen: we willen
praten, maar dat mag nooit betekenen dat daardoor
kredietoverschrijdingen ontstaan. De raad zou dat
trouwens waarschijnlijk ook niet accepteren.
Ik heb dan ook met de Sp.A.R. overlegd. De
Sp.A.R. is het met ons eens dat er een grens aan
de subsidies moet worden gesteld en dat we binnen
het budget moeten blijven. De Sp.A.R. kan met één
van de twee door ons gedane voorstellen instemmen;
voor het tweede voorstel had hij een alternatief.
Dit betekent dat de gemeente en de georganiseerde
sport het niet met elkaar oneens zijn over het
feit dat we de subsidies enigszins moeten terug
schroeven en dat we er, vooruitlopend op de sport-
subsidienota, voor moeten zorgen binnen het budget
te blijven. Discussie is er geweest over de vraag,
op welke punten we, vooruitlopend op nadere maat
regelen, al iets zouden moeten doen. De Sp.A.R.
heeft begrip voor de door ons voorgestelde maatre
gelen en voor de keuzen die we hebben gedaan. Ik
denk dat we dan praten over bedragen die heel an
ders liggen dan ik hier de raadsleden, met name
de heer Garritsen, hoor suggereren.
Dit is de achtergrond van het voorstel. Ik
wil vervolgens ingaan op de gestelde vragen. De
heer Veelenturf is van mening dat we met dit voor
stel in Breda de georganiseerde sport gaan "pakken"
Wanneer wij miljoenen aan de sport betalen en wan
neer er in overleg met de sportwereld een budget
overschrijding van 18.000,wordt voorkomen,
kan men naar mijn mening niet zeggen dat de moge
lijkheden wezenlijk worden aangetast. Ik vind het
niet juist als men het zo voorstelt.
Door de nu voorgestelde maatregelen zouden we
naar de mening van de heer Veelenturf de sporters
