515 21 APRIL 1982 worden "gepakt", maar in werkelijkheid heb ik ge zegd dat zij zich beknot voelen. Ik kan mij ook voorstellen dat de gang van zaken die zich heeft voorgedaan dat psychologische effect heeft. Eerst kwam er een tarievennota waarin was neergelegd en daarover bestond overeenstemming dat men meer moest gaan betalen; nu wordt voorgesteld dat men, ook al gaat het dan maar om luttele guldens, minder subsidie gaat ontvangen. Ik kan mij voor stellen dat de vele vrijwilligers die zich gedu rende vele uren belangeloos inzetten, zich afvragen waar de benodigde medewerking van de gemeente is. De wethouder heeft gezegd dat het subsidiëren van dubbele teams uit den boze is, maar men hand haaft dit in het voorstel wel, want er is sprake van subsidiëring van zaalteams en veldteams. De opmerking van de wethouder klopt dus niet helemaal. Het zou sportiever zijn geweest als men, aangeno men dat er, zoals kennelijk het geval is, maatre gelen moeten worden genomen, ook de onrechtvaar digheid die zich bij deze dubbele teams voordoet had aangepakt. In eerste instantie heb ik gevraagd of de wethouder bereid is voorbeelden te geven zeker aan het adres van de verenigingen die het aangaat van gemeenten die over subsidieregelingen be schikken waarin compensatie zou kunnen worden ge vonden. Op deze vraag heb ik geen antwoord gekre gen. De heer GARRITSEN: De wethouder komt vaak op een heel knappe manier tot de conclusie dat men het in het overleg weer eens is geworden. Ik heb al eerder betogen in die geest van de wethouder gehoord, maar het is meestal zo dat hij een tactiek heeft om een plan erdoor te drukken en ik moet er kennen dat hij plannen goed weet te verkopen. Toch is het niet juist als hij dan zegt dat een bepaal de oplossing moet worden gekozen omdat men het eens is. Dit zelfde zullen we vanavond waarschijn lijk ook nog wel bij een ander punt zien en ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 515