21 APRIL 1982 556 Wij hebben er al eerder op gewezen dat deze stichtingen in het geheel geen ervaring hebben op het gebied van de sociale woningbouw. Ik wil daar nu aan voorbij gaan. Voor de nu aan de orde zijn de garantie-aanvragen geldt dat de gemeente pas sief is opgetreden en in haar contacten moeilijk selectief kon zijn doordat de woningbouwverenigin gen kennelijk geen initiatieven hebben genomen. Na veel hangen en wurgen hebben wij besloten vóór het voorstel onder agendapunt 7 te zullen stemmen, omdat bij verwerping van dit voorstel de extra lasten aan de huurders zouden worden door berekend, wat buitengewoon vervelend zou zijn. Bij de behandeling van de voorstellen onder de agenda punten 62 en 63 in de commissie hebben wij met be trekking tot ons stemgedrag een duidelijk voorbe houd gemaakt. Wij wachten nu de reactie van de wethouder af op de vraag of men de jaarcijfers in middels heeft ontvangen en wij zullen in dat ver band ook graag een motivering horen Het voorzitterschap is inmiddels overgenomen door de heer J.P.A. van Dun, loco-burgemees- ter. De heer PEETERS: Ook het C.D.A. heeft in de commissie financiën zijn oordeel over deze garan tieverklaringen en overdrachten gegeven. Op dat ogenblik waren de vragen van de heer Garritsen door de plaatselijke pers gepubliceerd, maar wa ren de antwoorden van het college nog niet bekend. In verband daarmee hadden wij de nodige bezwaren. Toch zijn wij met de voorstellen meegegaan, met name en ik meen dat de gehele raad dat mag we ten in verband met hetgeen in de besluitvorming onder de punten f en g is opgenomen. Ik wijs er bovendien op dat het ministerie deze instellingen als toegelaten instellingen heeft geaccepteerd en Zelfs de gemeente door middel van modeIvoorwaarden duidelijk heeft gemaakt hoe zij in dezen moet handelen. Volgens punt f van de voorgestelde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 556