571 21 APRIL 1982 achtereenvolgens conform de voorstellen onder de agendapunten 7, 62 en 63 besloten, onder aantekening dat mevrouw Elie-van Es, mevrouw Muntjewerff-van den Hul, mevrouw Paulussen en de heren Dammer, Dreef, Garritsen, Oomen, Pa- quaijVan de Steenoven en Welschen geacht willen worden te hebben tegengestemd. 50. bijlage nr. 142. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET UITVOEREN VAN ONDERHOUDS- EN VERBETERINGS- WERKEN AAN HET COMPLEX 117 WONINGEN IN HET HEUVELKWARTIER, ALSMEDE TOT HET AANVRAGEN EN AANVAARDEN VAN STEUN UIT 'S RIJKS KAS DAAR VOOR. (vD) De heer GARRITSEN: Volgens het voorstel zou na behandeling in de commissie bij de bewuste commissievergadering was ik overigens niet aanwe zig machtiging tot uitvoering worden gegeven. Hiervoor zijn diverse motieven aangevoerd, die on der meer met de voorgeschiedenis verband houden. Ik heb moeite met deze gang van zaken, zodat ik graag van het college zal vernemen hoe het soort gelijke procedures in de toekomst denkt te voorko men, want er zullen zich nog wel eens vaker aan loopproblemen voordoen. Het voorstel met bijlage- nr142 staat nu op de agenda, er is naar ik heb begrepen al onderhands aanbesteed, er wordt, meen ik, al met de werkzaamheden begonnen en de raad kan in feite geen "nee" meer zeggen. Ik zou graag willen spreken over de wijze waarop kan worden voorkomen dat de raad opnieuw voor dergelijke vol dongen feiten wordt gesteld. De VOORZITTER(de heer VAN DUN): De heer Gar ritsen heeft gelijk en ik ben bereid over dit on derwerp te spreken. Overigens verwacht ik dat na de aanvaarding, gisteravond, van de nota renovatie en groot onderhoud, waardoor een wat duidelijker "spoorboekje" op tafel is komen te liggen, het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 571