666
13 MEI 1982
Wethouder VAN DUN: Ik moge de raad eerst dank
zeggen voor de in het algemeen positieve benade
ring waarvan hij ten opzichte van de beide nota's
heeft doen blijken. Die positieve benadering is
erg plezierig. Na zeer uitvoerige besprekingen
over de materie in commissieverband en in het col
lege is gebleken dat het wellicht verstandig zou
zijn geweest in plaats van twee drie nota's te
maken: de bomennota, de nota over de groenstruc
tuur in de binnenstad en een nota over de finan-
cieel-technische opzet. Er worden namelijk aan de
raad op dit ogenblik ook ideeën voorgelegd over
de wijze waarop straks de groenstructuur in geheel
Breda kan worden gefinancierd. Ik heb anderzijds
gemerkt dat het ontbreken van een financieel-tech-
nische nota niet belemmerend op de discussie heeft
gewerkt.
Bij de opening van de nieuwe stadskwekerij
heb ik namens het college mogen zeggen dat de
start van die kwekerij van bijzondere betekenis
was omdat tezelfdertijd het groenstructuurplan
voor de binnenstad bij de raad aanhangig was en
een HUG-operatie werd ondernomen. Ik geloof dat
deze beide zaken met elkaar in verband staan en
dat zo'n Kadijk-operatie daarmee alles te maken
heeft. Wat is er aan de hand? Wij hebben eertijds
een 86-tal besluiten voor de binnenstad genomen,
die de structuur voor de binnenstad nadrukkelijk
vorm geven. In diverse structuurplannen is een
aantal samenhangende besluiten op een juist moment
samengebracht. Ik herinner aan het door de raad
goedgekeurde structuurplan voor de binnenstad,
aan de parkeernota en het verkeerscirculatieplan:
drie stukken waarin wij samenhangende besluiten
voor de binnenstad bij elkaar hebben gebracht.
Vanuit die optiek zou je kunnen zeggen dat de be
sluiten die de groenstructuur voor de binnenstad
dragen eigenlijk te laat in dit structuurplan
voor de binnenstad aan de raad zijn gepresenteerd.
Anderzijds kun je de vraag stellen waarom dat zo
laat gebeurt. De reden is dat wij terdege beseffen