672 13 MEI 1982 heeft gezegd dat met het' afstoten van groenvoor zieningen voorzichtig moet worden gehandeld en dat er duidelijk van prioriteiten moet worden uitge gaan. Ik hoop dat bij de afstoting de betekenis van de groenvoorzieningen voor de woonbuurten duidelijk voorop zal staan en dat men van het af stoten van bepaalde stukken groen zal afzien. Met name de recreatieve waarde van het groen moet voorop staan en behouden blijven. Als men echter bijvoorbeeld een mooi grasveld dat aardig om te zien is maar waar verder niet zo veel mee wordt gedaan, een andere functie wil geven dat in de buurt past, dan kan mijn fractie daarmee akkoord gaan. De heer Garritsen heeft zich afgevraagd hoe het mogelijk is dat de Partij van de Arbeid-frac- tie met de verkoop van stukken groen instemt. Dit is een kwestie van de financiële regeling die wordt getroffen. Natuurlijk zijn wij in principe voor het uitgeven van grond in erfpacht. In het verleden hebben wij bij motie voorstellen in die richting gedaan, die bij meerderheid zijn afgewe zen. Wij blijven voor erfpacht pleiten en ik denk dat ook bij uitgifte in erfpacht financiële voor delen met het afstoten van stukken groen kunnen worden behaald. In het geval van erfpacht ligt het boekhoudkundig iets anders, maar er kan wel dege lijk geld uit komen. Als wij privatisering van bepaalde stukken groen onderschrijven de ter reinen krijgen dan na privatisering een andere bestemming hoeft dat mijns inziens niet in strijd te zijn met ons algemeen streven naar het uitgeven van grond in erfpacht. De heer GARRITSEN: Ik vind het altijd leuk als je in principe ergens vóór bent, maar die principes moeten ook uitmonden in concrete beslui ten. De heer VAN DE STEENOVEN: Gebeurt dat dan wel eens met uw voorstellen?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 672