13 MEI 1982 679 Voldoende ondersteund zijnde maakt dit amen dement mede onderwerp van beraadslaging uit. De heer VAN DE STEENOVEN: Wij onderschrijven het voorstel zoals het is ingediend, en met name de doelstelling, inhoudende dat het gebied meer moet worden beschermd tegen ongewenst recreatief gebruik. Die doelstelling lijkt mij het hoofdele ment van het voorstel. Aan de ene kant wordt be toogd dat het gebied een bepaalde recreatieve func tie heeft en dat het die moet behouden, waarbij in het bijzonder ook wat meer in de educatieve rich ting zou kunnen worden gedacht. Activiteiten als rijden met gemotoriseerde voertuigen en paardrij den, die nogal veel schade aan de beplanting aan richten, moeten worden beperkt en daarom hebben wij dit voorstel voor onze neus gekregen. Wij on derschrijven de doelstelling volkomen. Opvallend is dat D'66 nu een standpunt in neemt dat nogal fors afwijkt van de stelling die in de commissie was betrokken. Ik heb de indruk dat het amendement dat nu is ingediend toch eigen lijk maar een slap aftreksel is van hetgeen in de commissie is gezegd. Wat er overblijft is een voorstel tot wijziging van het concept-besluit waarvan ik mij afvraag er zou een nieuw punt 7 moeten worden toegevoegd of het nu wel zo wen selijk is. Je kunt trouwens de vraag stellen, even als bij het amendement van de P.S.P., of een der gelijk stuk wel een amendement kan worden genoemd. Ik vind het stuk, waarin de woorden "overwegende dat" en "stelt vast dat" voorkomen, meer een motie en ik vraag mij af hoe het redactioneel in het be sluit kan worden ingepast, maar dat is een detail. Hoofdzaak is dat de raad volgens dit voorstel van D'66 nu zou moeten uitspreken dat hij straks zijn plan ondergeschikt zal maken aan dat van het stadsgewest. De heer DEK: Ik denk dat u het dan niet goed begrijpt. Het gaat om een plan dat in samenwerking

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 679