74 21 JANUARI 1982 De heer VAN ASSELDONK: Zo af en toe worden er in deze raadszaal cadeautjes uitgedeeld: een rode roos, vergeet-mij-nietjes en onlangs nog balletjes. Voor de V.V.D. hoeft dat niet zo, maar wij zouden bij dit voorstel toch een denk beeldig boeketje blauwe druifjes aan het college en met name aan wethouder Welschen willen over handigen. Op het kaartje zou dan staan: "Voor de inzet, voor de wijze waarop, voor de durf en voor de realiteitszin". "Voor de inzet" spreekt voor zichzelf en straalt ook uit naar het ambtelijk apparaat. "Voor de wijze waarop": proberen door steeds weer te praten en te luisteren anderen enthousiast te krijgen en dingen te verduidelij ken. "Voor de durf": niet mag worden ontkend dat voor vele van onze burgers dergelijke projecten vaak onbegrijpelijk overkomen; men heeft aller lei andere oplossingen, waarbij de ouderwetse werkverschaffing vaak voorop staat. "Voor de realiteitszin": de wethouder durft eer lijk te zeggen dat deze aanpak niet moet worden gezien als de alles zalig makende oplossing. Er is sprake van een soort experiment. Men zal, wanneer blijkt dat ook deze wijze van werken het niet is, de durf dienen te hebben de zaak te stoppen, of eventueel tot herschikking van man kracht over te gaan. Dit zou als een openlijke vrijage kunnen worden uitgelegd. Dat hoeft niet en het is ook helemaal niet de bedoeling. Met één puntje zit ik echter nog in mijn maag. Vaak hoor ik hier zeggen, met name door de heer Oomen, dat de toe zeggingen van het college in de raad dienen te worden gedaan. Mijn fractie zou het echter bene den de maat vinden, gezien ook de prima beant woording van de zijde van het college tijdens de commissievergadering, alle eventueel voor ons belangrijke toezeggingen woordelijk te laten her halen. Wanneer de wethouder zou willen toezeggen dat de bij die gelegenheid gegeven beantwoording ook voor deze vergadering geldt, zijn wij volledig

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 74