787 18 MEI 1982 zijn eigen bedrijf, en als de koopkracht daalt zou hij het eigenlijk best goed vinden dat de werknemers van andere bedrijven wat meer zouden verdienen, omdat zijn produkten dan gemakkelijker zouden kunnen worden verkocht. Maatregelen van dit type werken niet en er blijkt in de vorm van de jeugdwerkloosheid een gigantisch probleem te ont staan. Aan de overkant van de Noordzee wordt in dit opzicht een keihard beleid gevoerd, maar Thatcher blijkt enorm te kampen te hebben met de j eugdproblematiek De heer TEN WOLDE: Ik vind dit een prachtig betoog en ik krijg bijna de indruk, hoewel ik nooit die illusie heb gehad, dat we in de Tweede Kamer zittenI Overigens denk ik dat de heer Gar- ritsen nog steeds niet weet waarom die koopkracht nu daalt. De heer GARRITSEN: De argumentatie die wordt gebruikt is dat onze concurrentiepositie verster king behoeft en dat op deze manier de werkgelegen heid prioriteit nr. 1 gehandhaafd blijft. Ik kan aan de algemene situatie in Nederland niet voorbij gaan, omdat we vanavond, zoals terecht al is aangegeven, te maken hebben met maatregelen die de rijksoverheid ons oplegt. De P.S.P. heeft daar geen enkel vertrouwen in en is van mening dat de gemeente daaraan niet moet meewerken, maar een andere weg moet kiezen. Men zal concreet aan twee hoofdzaken moeten werken. Het eerste en zeer fundamentele punt is een herverdeling van werk, door invoering van een vijfurenwerkdag en dergelijke. Het gaat hier om zeer radicale maatregelen. Het tweede punt is dat de overheid greep moet hebben op de investeringen bij het bedrijfsleven. Het is nu zo dat enorme in vesteringen naar het buitenland gaan, heel onge richt. Daarop zou de overheid greep moeten krijgen, maar dat is in het huidige systeem voor veel par tijen niet aanvaardbaar. Vandaar dat men deze weg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 787