805 19 MEI 1982 weergegeven wat wij gisteren in het overleg be doelden. Tegen die achtergrond zijn de amendemen ten en de motie naar onze mening overbodig. De heer TEN WOLDE: Ik meen dat er op dit punt nu juist geen overeenstemming is bereikt. Gisteren heeft onze fractie in de toelichting op deze bezuinigingspost een geheel ander standpunt ingenomen dan in motie 4 en in amendement 2 is neergelegd. Ons standpunt houdt verband met het percentage en met de formele grondslag waarop de bezuiniging is gebaseerd. De gewijzigde motie 4 bevat alles behalve een gemeenschappelijk stand punt. De VOORZITTER: Ik heb geen gewijzigd stand punt en geen gemeenschappelijk standpunt ontvan gen. Mij is alleen bekend dat u hierover gisteren hebt gesproken. De tekst van een nieuw voorstel of een nieuwe motie is mij onbekend. Wat ik heb voorgesteld is het volgende. Het gaat om een be drag van 92.000,zoals vermeld in de stukken betreffende de HUG-operatiete splitsen in 10% van 220.000,en 70.000,dit vindt men letterlijk in het HUG-rapport. De heer HENDRICKSDe voorzitter van de HUG- commissie, die aan uw rechterzijde zit, schudt steeds maar met zijn hoofd om aan te geven dat het anders is. Ik begrijp het niet meer. Wethouder VAN DUN: Nu ik word aangesproken, mag ik misschien enige assistentie geven. De bur gemeester heeft gelijk als hij zegt dat het be drag in het HUG-rapport op deze manier is opge bouwd. In zijn voorstel aan de raad wil hij daar aan voorbijgaan en neemt hij het uitgangspunt dat het om dekking van 92.000,gaat. Waar die dek king haar ontstaan vindt, is daarbij minder rele vant. Het gaat om een bezuiniging van 92.000, dat heeft de voorzitter willen zeggen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 805