19 MEI 1982
830
terug te komen op het algemene onderwerp "priva
tisering", hetgeen mij zeer nuttig lijkt. Naar
mijn mening moeten we daarop nu niet vooruit lopen
door op één bepaald punt een oordeel uit te spre
ken. De onderhavige activiteit zal in vergelijking
moeten worden gebracht met andere activiteiten die
nog bij de gemeente plaatsvinden en die wellicht
onderdeel worden van een door het college uit te
brengen advies. Ik spreek mij dus niet inhoudelijk
met een "voor" of "tegen" uit, maar ik zeg formeel
dat wij ons hierover pas willen uitlaten als wij
het standpunt van het college ten aanzien van het
gehele begrip "privatisering" kennen.
De VOORZITTER: Dat is correct.
De heer TEN WOLDE: Het is duidelijk dat wij
het college willen volgen op punten waarop het al
een advies heeft gegeven. Wij zijn daarom tegen
het amendement; deze duidelijkheid kan immers nu
al worden verschaft.
De heer GARRITSEN: In het HUG-rapport is
privatisering als alternatief opgenomen en ik vind
dat je daarover best nu een politieke uitspraak
kunt doen, inhoudende dat privatisering zeker
in dit geval niet wenselijk is. Privatisering
heeft in vele gevallen rechtspositionele gevolgen
voor mensen en bij gemeenten die zich op dit ter
rein hebben begeven, zijn slechte ervaringen op
gedaan met betrekking tot arbeidsomstandigheden.
Ik steun het amendement van de PvdA.
De heer DEK: De huishoudelijke dienst vormt
een duidelijk onderdeel van de gemeente en is
iets wat vaak wordt vergeten in hoge mate sfeer
bepalend in het reilen en zeilen van een apparaat.
Gezien de nadelen die aan privatisering kunnen
kleven, juist op dit punt, zullen wij het amende
ment van de PvdA steunen.