849
19 MEI 1982
tegenwoordig rechtstreeks en niet in VNG-verband
met de regering en ik denk dat ook de dertien
middelgrote gemeenten, waartoe ook Breda behoort,
als club moeten gaan optreden en als zodanig een
overlegpartner voor het rijk moeten gaan vormen.
Op die manier kunnen wij de belangen van de bur
gers waar wij voor staan beter behartigen dan via
de VNG, die in dat opzicht een te grote organisa
tie is.
Wij zijn tegen beide amendementen.
De heer HENDRICKS: Ik zou allereerst graag
een reactie van het college willen horen op het
voorstel van de WD, inhoudende dat de lasten van
handhaving van het lidmaatschap zouden moeten wor
den verdeeld over alle portefeuilles naar rato
van de mate waarin zij van de diensten van de VNG
gebruik maken. Ons voorstel is duidelijk toege
sneden op de begroting algemene zaken. Ik begrijp
uit de woorden van de heer Ten Wolde dat hij de
lasten ook op andere begrotingen zou willen laten
drukken. Eerst zou ik daarover graag het stand
punt van het college willen horen.
De heer GARRITSENIk denk dat het van wei
nig solidariteit getuigt het lidmaatschap van de
VNG op te zeggen. De benadering van de PvdA komt
erop neer dat Breda zo weinig van de diensten
van de VNG gebruik zou maken. Ik bestrijd dit:
Ik denk dat Breda veel meer van die diensten ge
bruik maakt dan nu wordt gesuggereerd. Je kunt
natuurlijk best aan de benodigde gegevens komen
door ze in een bibliotheek te gaan lenen, maar
dan ontstaat een situatie die te vergelijken is
met die van werknemers die geen lid van de vak
bond zijn, maar die wèl van de activiteiten van
de bond profiteren.
De heer OOMEN: Wij vinden dat er een betere
bond moet komen: een bond van dertien gemeenten!