24 JUNI 1982 948 onderwerp gezegd, waarbij is gewezen op de over gangsbepaling in de verordening. Indien er bij de instellingen bepaalde moeilijkheden zouden ont staan vanwege de late invoering van deze verorde ning zal het college er door toepassing van die overgangsbepaling toe in staat zijn ik heb de indruk dat het college dat dan ook best zal wil lennadere voorzieningen te treffen. Ik vind het erg belangrijk dat de verordening zoals die thans voor ons ligt wordt aangenomen, opdat wij als be stuur van de stad enige zeggenschap zullen hebben met betrekking tot de gelden die wij beschikbaar stellen. Graag hoor ik van de wethouder of bij aanvaarding van de verordening zonder het amende ment van het C.D.A. de instellingen in moeilijkhe den kunnen komen of dat, zoals in de commissie is gezegd, op grond van de overgangsbepaling de lo pende begrotingen van de instellingen gewoon zul len kunnen worden gehandhaafd. De heer GARRITSEN: Ik vind het bijzonder merkwaardig ik sluit mij op dat punt aan bij het C.D.A.om met terugwerkende kracht vanaf 1 janu ari 1982 een tijdelijke subsidieverordening in te voeren, zonder enig overleg. In die verordening wordt de instellingen een behoorlijk aantal regels opgelegd, waarover niet serieus is gepraat met die instellingen en ook niet met de takken van dienst die bij de subsidiëring van deze instellingen be trokken zijn. Wanneer wij als raad de verordening aannemen leggen wij de instellingen in feite een aantal regels op. Wanneer een instelling daaraan niet kan voldoen moet zij gemotiveerd een verzoek bij het college deponeren om in aanmerking te ko men voor ontheffing van een aantal artikelen. Ik vind dat wij op deze wijze als raad erg veel be voegdheden uit handen geven aan het collegeter wij 1 heel wat artikelen mijns inziens voor de in stellingen nog wel de nodige problemen zullen op leveren In een bepaald artikel dat het functioneren

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 948