24 JUNI 1982 952 ging, zodat zij dat daar ook wel had kunnen ver tellen. Ik vind dit een nogal merkwaardige gang van zaken, maar aangezien het uiteindelijke resul taat een stuk beter is dan het oorspronkelijke voorstel, zal ik voor stemmen. De heer DEK: Ik zou haast willen zeggen dat ik er geen woorden voor heb, gelet op de felheid onzes inziens was die ook terecht-- waarmee deze subsidieverordening in de commissie werd verdedigd. Nu het C.D.A. met een motie en een amendement is gekomen worden beide meteen maar even overgenomen terwijl het college ons nog geen drie weken gele den in een brief kenbaar maakte te zullen vasthou den aan datgene wat thans voor ons ligt. Ik vind dat een rare gang van zaken en ik geloof dat ieder woord wat ik er nog over zeg te veel is. De heer GARRITSEN: Ik wil nog wel graag het standpunt van D'66 over deze wijziging horen, want die fractie was vóór het oude voorstel en het zou daarom consistent zijn als zij tegen de motie en het amendement zou stemmen. Wethouder PAULUSSEN: Vanwege de rechtsgelijk heid hecht het college aan invoering van de onge wijzigde verordening met ingang van 1 januari 1983. In het meerderheidsadvies van de commissie was na melijk niet alleen sprake van de ingangstermijn, maar ook van mogelijke wijzigingen op onderdelen. Ik heb de verordening zoals die er nu uitziet sterk verdedigd. Thans blijkt dat wij ons kunnen vinden op het ongewijzigd laten van de tekst van de sub sidieverordening, hetgeen van belang is met het oog op de rechtsgelijkheid ten opzichte van de an dere velden in de hele maatschappelijke dienstver lening. Het college heeft geluisterd naar de poli tieke signalen die vanuit de raad naar voren zijn gekomen en die overgenomen. Wij hechten voorname lijk aan het aspect van de rechtsgelijkheid en scheppen nu rechtszekerheid door een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 952