959 24 JUNI 1982 vertegenwoordigers van de Surinaamse groepen, wat niet is gelukt. Op een gegeven moment, begin 1981, heb ik het college voorgesteld een tijdelijke structuur te ontwikkelen, die zou gelden van ver leden jaar oktober tot oktober van dit jaar, in de vorm van een stuurgroep, waarin participeerden de drie betrokken gemeenten in West-Brabant, al gemene instellingen en vertegenwoordigers van de Surinaamse groepen, en tegelijkertijd een onder zoek in te stellen naar het wel en wee van de Su rinamer s in onze stad. Het onderzoeksrapport is inmiddels gereed en zal zo snel als mogelijk is via de commissie sociale zaken en het college de raad bereiken. Het college heeft van het rapport voorlopig kennis genomen. C.R.M., de andere ge meenten en de sociografische dienst zullen worden uitgenodigd hieromtrent een advies uit te brengen, op grond waarvan wij tot een definitieve structuur van het welzijnswerk voor Surinamers hopen te kun nen komen. Van een en ander zal de raad nog uit voerig kennis kunnen nemen. Over de uitgaven die in 1981 en 1982 zijn ge daan heb ik in de commissie sociale zaken informa ties gegeven, die men ook min of meer in het voor stel kan lezen. In juni 1981 is pas de definitieve schriftelijke toezegging van het ministerie van Binnenlandse Zaken gekomen om de tijdelijke rijks bijdrage voor de bestuurskosten definitief vast te stellen. Voordien, op basis van de mondelinge toe zegging van het ministerie, had het college al be sloten met het onderzoek inzake de situatie van de Surinamers te starten. Op dat moment bestond on duidelijkheid ik heb dat in de commissie al na drukkelijk naar voren gebracht en ik wil het nu herhalenzowel bij de verschillende functies als bij de portefeuillehouder, omtrent de vraag waar beslissingen moesten worden genomen over deze doeluitkering. Achteraf bleek het de raad te zijn die daarover moest beslissen. In december 1981 heeft het college de uitgaven die in 1981 waren gedaan gehonoreerd, waarbij is gesteld dat vanaf

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 959