1071
19 MEI 1983
bij een moment van reorganisatie, waarbij we
de kosten duidelijk zichtbaar kunnen maken, maar
ook een deel van de oplossing kunnen aangeven dat
in herschikking gelegen is. Op dit punt bestrijd
ik de opvatting van de heer Ten Wolde dat het col
lege bezig zou zijn met het voeren van een perso
neel aeritrekkend beleid terwijl het juist het te
genovergestelde had moeten doen. Naar mijn mening
zijn we nu juist geen personeelaantrekkend beleid
aan het voeren: we proberen door herschikking van
taken binnen het huidige personeelsbestand thans
noodzakelijk geachte taken te laten vervullen. De
kosten zijn relatief laag doordat we gebruik kun
nen maken van wat er al ligt en doordat we tot
een ambtelijke herschikking kunnen komen. Wanneer
je de kosten per inwoner op dit punt bekijkt, kom
je vermoedelijk tot de conclusie dat ze binnen
het Nederlandse systeem van kosten per inwoner
voor woningtoewijzing relatief laag zijn.
Ik kom nu toe aan het reageren op de opmer
kingen en vragen van de diverse sprekers namens
de fracties. Wat ik tot nu toe heb gezegd wilde
ik vooraf in het midden brengen omdat het in fei
te de invulling van het programakkoord vormt.
De heer De Zwart heeft erg precies aangegeven
wat er op dit moment aan de hand is. Hij signa
leert een zich sterk wijzigende en vanuit onze
optiek bekeken verslechterende situatie op het
punt van de koopkracht en het geld dat aan het
wonen kan worden uitgegeven. Daarnaast noemt hij
ook andere ontwikkelingen die erop wijzen dat de
situatie in Breda sterker onder druk zal komen te
staan wanneer het erom gaat de mensen met de la
gere inkomens in de huizen te laten wonen waarin
ze nog met een reële verhouding tussen inkomen en
huur te maken hebben. De heer De Zwart heeft zich
afgevraagd of de Woonruimtewet in dit opzicht een
garantie zou kunnen bieden. Natuurlijk biedt de
wet zo'n garantie niet volledig. Iedereen hier
zal het ermee eens zijn dat de Woonruimtewet niet
het perfecte "eindplaatje" is, maar anderzijds
