19 MET 1983
1076
Een ander punt: dat Breda een unieke positie
zou innemen doordat de gemeente daar greep zou
hebben op praktisch alles, is natuurlijk gewoon
niet waar. Om te beginnen is het zo dat niet de
gemeente greep op de verdeling van woningen heeft.
De woonruimteverdeling wordt behartigd door een
stichting en ligt dus in de privaatrechtelijke
sfeer. Bovendien: weliswaar heeft de raad een pun
tensysteem vastgesteld, maar dat werkt ook in an
dere gemeenten. Wanneer de door de heer Ten Wolde
geformuleerde stelling een eindconclusie van het
N.I.R.O.V.-congres zou zijn, zou dit het congres
naar mijn mening wat naar beneden halen. Het lijkt
mij dat de stelling bij wijze van opmerking in de
discussie te berde kan zijn gebracht. Zoiets moet
je mijns inziens iedereen toestaan.
Dan iets over de kwestie van de verhuisaan-
tallen. Het is juist dat er in generale zin een
terugloop van het mutatie-aantal, dus van het ver
huisaantal, valt te verwachten. Overigens is het
verhuisaantal op het ogenblik bij de corporatiewo
ningen wat lager dan bij de gemeentewoningen, die
hier in Breda nog steeds boven de 9 zitten als
ik het wel heb op 9,3 terwijl ons bij telefo
nische navraag is gebleken dat in Den Bosch 9,5
voor het totaal geldt. Dat zit dus aardig dicht
bij de 10 waar wij voortdurend over praten. Een
tweede punt is -- de heer Ten Wolde zal het wat
dat betreft hartstikke met mij eens zijn dat,
zoals we in de commissievergadering hebben gezegd,
de verhuisfrequentieevenals de investeringsbe
reidheid, nogal sterk golft en afhankelijk is van
het vertrouwen in de economie en de inkomensont
wikkelingen. De verhuisfrequentie golft vrij sterk
en is net als de rente onvoorspelbaar. Als de heer
Ten Wolde van mij vraagt te voorspellen hoe de
cijfers over enige tijd zullen zijn, dan vraag ik
hem éérst voor mij te voorspellen hoe de rente
zich in de komende tijd zal ontwikkelen. Vervol
gens kan ik hem dan vertellen hoe het met het ver
huisaantal zal gaan, maar eerder niet.