19 MEI 1983 1082 dingen bestemmen? Hier speelt de kwestie van de doelmatigheid net zo goed als eerder, maar het collegestandpunt is hier dat de doelmatigheid er niet is en dat de kosten/baten-afweging op dit punt negatief uitvalt. Op grond daarvan hebben we voor de in het voorstel neergelegde grenzen geko zen. De VOORZITTER: Bent u zo ver, dames en heren dat de tweede termijn hierop onmiddellijk kan vol gen? Ik merk dat dit het geval is. De heer DE ZWART: Enkele korte reacties. Wij zijn erg blij met hetgeen de wethouder naar aan leiding van ons betoog in eerste termijn en de daarbij ingediende motie aan ons adres heeft ge zegd. Naar aanleiding van het collegestandpunt voor zover wij daarvan hier kennis hebben kunnen nemen, zou ik om enige verduidelijking willen vra gen. Ik heb begrepen dat het college na vanmorgen te hebben beraadslaagd tot de conclusie is gekomen dat het de motie kan overnemen. Misschien kan nog enige verduidelijking worden gegeven; vooralsnog zijn wij blij met wat we hebben gehoord. Wethouder WELSCHEN: Voordat hierover misver standen ontstaan: ik had het collegestandpunt cor recter moeten weergeven. De motie is voor het col lege in meerderheid aanvaardbaar. De twee V.V.D.- wethouders zijn niet vóór de motie. De heer DE ZWART: Dank u wel voor deze toe lichting. Ik zal nu meteen op het amendement van de V.V.D. en op de motie van de P.S.P. reageren. Wat het amendement betreft: het zal, gezien de inhoud van onze motie en hetgeen zojuist over het colle gestandpunt is gezegd, duidelijk zijn dat wij niet met het amendement kunnen meegaan. Naar aanleiding van de motie van de P.S.P. herinner ik eraan dat ik in eerste termijn heb gezegd: "Wij beschouwen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1082