19 MEI 1983
1136
De heer DAMMER: Wij zijn blij dat het college
heeft besloten in het definitieve besluit de ou
derparticipatie mee te nemen.
De heer DE WERD: De besparing op arbeidsplaat
sen kan betekenen dat er weer iemand in de werk
loosheid terecht komt; in het geval van natuurlij
ke afvloeiing is er sprake van een plaats die niet
wordt vervuld, waardoor iemand in de werkloosheid
blijft. Het bespaarde geld wordt dan gebruikt om
elders nieuwe arbeidsplaatsen te creëren. Ik denk
dat we ons langzamerhand eens moeten afvragen wat
voor beleid we in dat verband aan het voeren zijn.
Wethouder SANDBERG: Het voorstel is op de
zelfde basis tot stand gekomen als waarop de be
zorgdheid berust die diverse raadsleden over de
continuïteit van het schoolzwemmen hebben uitge
sproken. De raad en het college hechten er sterk
aan dat het schoolzwemmen op enigerlei wijze kan
worden gecontinueerd. Het wordt ons echter keer op
keer moeilijker gemaakt zulks ook financieel te
realiseren. Feitelijk was de situatie voor dit
jaar zo dat we met eenmalige middelen de bestaande
toestand hebben gecontinueerd. Men weet welke be
dragen daarmee gemoeid zijn. In het onderhavige
voorstel wordt getracht op basis van de thans be
kende gegevens een model aan te bieden op basis
waarvan het schoolzwemmen naar onze mening thans
kan worden voortgezet. Of de dekking voor nu en in
de toekomst zal kunnen gelden, is een vraag waar
over ik niets hards durf te zeggen. Mevrouw Wou
ters zet hier vraagtekens bijdie ik helaas op
dit ogenblik niet kan schrappen. Er is iets meer
dan één arbeidsplaats mee gemoeid en er is een af
keuringsprocedure aan de gang. De opzet is dat er
geen ontslagen hoeven te vallen, waarmee overigens,
zoals terecht is opgemerkt, de arbeidsplaats als
zodanig wél verloren gaat. Ik denk dat hier het
minst grote risico in gelegen is. Mevrouw Wouters
heeft erop gewezen dat het bedrag van 100.000,