9 JUNI 1983 116; die wij in de commissie hebben aangesneden. Wij pleiten ervoor de contingenten die ons alsnog zul len worden toebedeeld voornamelijk in de binnen stad te realiseren, terwijl onzes inziens voorts moet worden gestreefd naar een zo snel mogelijke afronding van de Haagse Beemden. Wethouder WELSCHEN: Inderdaad is in de commis sie over dit onderwerp al uitvoerig gesproken, zo dat we het vermoedelijk wel bij enkele korte op merkingen kunnen laten. De belangrijkste vraag in dezen is natuurlijk hoe de ontwikkeling ten aanzien van de contingen ten zal gaan verlopen, wat wij op dit moment nog niet kunnen weten. De regeringsplannen zijn in globale lijnen bekend en wij weten dat de contin genten in totaliteit in aantal zullen dalen en dat de samenstelling ervan ongunstiger wordt, zeker gelet op de woningzoekenden in onze gemeenteer zullen bijvoorbeeld minder woningwetwoningen kun nen worden gerealiseerd. Voorts zal een nieuw fe nomeen zijn intrede doen, namelijk de premie-C-wo- ning. De woningen in die categorie zullen ten kos te gaan van de tot nu toe in de 100.000 opgenomen gewone gesubsidieerde woningen. Dit betekent dat in de plaats van woningen waarop meer premie zat thans deze goedkope premiewoningen komen. Ik heb al eens eerder gezegd dat dit mijns inziens een bezuinigingsoperatie is, waarover je vanuit de volkshuisvestingsoptiek alleen maar zeer negatief kunt denken. Mogelijkerwijs zal de situatie eniger mate verbeteren wanneer tegenover deze drie nega tieve trends aan de provincie Noord-Brabant vanwe ge de zeer grote achterstand op het gebied van de woningen een wat groter contingent wordt gegeven. Het is echter wel de vraag of Breda daarvan zal kunnen profiteren, want hier geldt een situatie waarover door vrijwel alle sprekers al het een en ander is opgemerkt. Breda zou niet alleen vanuit zijn groeistad-taakstelling rechtstreeks van het rijk contingenten, waarvoor absolute aantallen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1163