1194 9 JUNI 1983 waartoe een evaluatie zou moeten leiden. De heer DE BRUIJN: Mijn bedoeling is dat na een jaar wordt bekeken in hoeverre met archeolo gisch onderzoek verder zou moeten worden gegaan. Op basis van tussentijdse evaluaties kan worden bekeken of het al dan niet goed gaat en of er in derdaad zoveel valt te doen dat na het tweede jaar verder moet worden gegaan met dit werk Wethouder VAN ASSELDONK: Ik zeg de heer De Bruijn toe dat wij in ieder geval bij de commissie terugkomen en dat wij na een jaar de bevindingen van de archeoloog en zijn team in de commissie zullen bespreken. Men mag dat wat mij betreft een evaluatie noemen. De VOORZITTER: Het begint er inderdaad ver dacht veel op te lijken! Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel van burgemeester en wet houders besloten. 22. bijlage nr. 233 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT AANVAARDING VAN HET BEELDHOUWWERK "ARIADNE", AANGEBODEN DOOR DE RAAD VAN BESTUUR VAN ENKA B.V. (M/vA) Mevrouw WOUTERS-KOOTSTRA: Voor een groot aan tal Bredanaars is de naam Stulemeijer en H.K.I., later "ENKA" geworden, verbonden met de herinne ring aan een werkzame periode in hun leven. Voor Breda zijn deze ondernemer en onderming dan ook van grote betekenis geweest en wij vinden het daarom zinvol dat het kunstwerk "Ariadne", dat bijna veertig jaar geleden als jubileumgeschenk aan de H.K.I. werd aangeboden bij het 25-jarig be staan van dit bedrijf, in goede staat voor Breda bewaard blijft. Omdat het ENKA-terrein door

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1194