1256
30 JUNI 1983
van meerdere kanten bereikt. Misschien is het mo
gelijk bij de reorganisatie op welzijnsgebied al
le betrokkenen vanaf het begin veel meer expli
ciet bij de gehele planning te betrekken, opdat
weerstanden tegen de reorganisatieplannen zoveel
mogelijk kunnen worden voorkomen en het duidelijk
zal zijn dat wij de mensen met hun taken en ver
antwoordelijkheden serieus nemen.
De VOORZITTER: Namens het college zal ik kort
antwoorden. Het antwoorden als zodanig is in dit
geval overigens erg plezierig omdat van de zijde
van alle fracties naar voren is gekomen dezelf
de geluiden hebben wij ook in de commissie midde
len en milieu mogen horen dat zeer positief
wordt geoordeeld over de snelheid waarmee in dezen
is gewerkt en ook over de kwaliteit van hetgeen
ter tafel is gekomen. Men heeft het college hier
voor lof toegezwaaid, maar de hulde uwerzijds
dient mijns inziens in de eerste plaats terecht
te komen bij de mensen die tot vanavond negen uur
werkten bij een aantal componenten in ons gemeen
telijk gebeuren en waren verenigd in het project
team.
Toch even ik kan er niet aan voorbij
een stukje emotie. Als u straks het u voorgelegde
besluit aanvaardt, waar het wel naar uitziet, dan
betekent dat wel het afscheid nemen van het Bre
dase vervoerbedrijf dat nu ongeveer 105 jaar oud
is en van de dienst beplantingen, die zes dagen
geleden zijn negentig-jarig bestaan had kunnen
vieren. We behoeven niet al teveel bij emoties
stil te staan, maar het voorgaande zegt toch wel
iets, wij mogen respect hebben voor de velen die
in deze takken van dienst gedurende vele jaren
hun waarde voor Breda hebben bewezen.
Voorts wil ik even stilstaan bij de bedoelin
gen die raad en college hadden op het moment waar
op in het program-akkoord een streep onder het
reorganisatieproces werd gezet. We dienen ons er
van bewust te zijn bij de heer De Werd meen ik