30 JUNI 1983
1275
outs bekend zijn.
Wethouder SANDBERG: Dat is correct, in de
commissie heb ik er ook kennis van genomen, maar
in het algemeen gaat het hierbij mijns inziens om
zaken die zich niet tot onderwijs beperken doch
een breder aandachtsveld hebben. Het komt hier.nu
nadrukkelijk tevoorschijn, de probleemstelling als
zodanig is uiteraard veel breder. Het nu voorlig
gende voorstel heeft geenszins de intentie als ge
meente Breda af te wijken van de landelijke rege
lingen ter zake, dat is niet de bedoeling, wij
gaan in dit opzicht geen eigen beleid voeren. Wij
zullen gewoon een aantal wettelijke regelingen,
zoals de pensioenregeling, de ziektekostenverzeke
ring e.d.moeten blijven volgen.
Tot de heer Simons zou ik nog willen zeggen
dat wij ons zeer wel bewust zouden moeten zijn van
de financiële consequenties wanneer wij in het
openbaar onderwijs iets zouden gaan doen wat van
de normale regels afwijkt. Vanwege de financiële
gelijkstelling tussen het openbaar en het bijzon
der onderwijs betekent één gulden overschrijding
van het bedrag per leerling bij het openbaar on
derwijs meteen een doorberekening aan het bijzon
der onderwijs van 8.000,want we moeten die
éne gulden x 8.000 nemen. Dat geldt dan overigens
alleen nog maar voor het lager onderwijs, want
voor het kleuteronderwijs komt er nog eens
3.000,extra bovenop. Wil je, waar de heer Si
mons om vraagt, bijvoorbeeld in het lager onder
wijs een "deeltijder" één schooltijd boventallig
benoemen in verband met overlegsituaties etc.
dan betekent dit voor de gemeente een financiële
last van schrik niet 350.000,extra. Ik
zou in het kader van de h.u.g.-bezuinigingen echt
de tering naar de nering willen zetten, goed wil
len afwegen waarmee we bezig zijn en dit soort za
ken bepaald niet willen aanbevelen. In de praktijk
blijkt dat de mensen het best prettig zouden vin
den, maar dat het, nu dit niet het geval is, geen