1296
30 JUNI 1983
het bureau Plant Location in Brussel in de Benelux
de specialist. We hebben in goed overleg met K.W.W.
gemeend beide bureaus overigens in samenwerking
met elkaar de opdracht te moeten geven. Als we
het bedoelde deel van de opdracht eveneens aan
K.W.W. zouden hebben gegeven, zou er niet van een
besparing sprake zijn geweest. Het bedrag van
200.000,a 300.000,dat uitschakeling van
Plant Location mogelijkerwijs als besparing op
brengt, zouden we dan namelijk als kosten kwijt
zijn geweest aan K.W.W.dat het bewuste deel van
het onderzoek dan ook had moeten uitvoeren, omdat
anders fase 3, de fase van het marktstrategisch
plan, niet had kunnen worden bereikt.
Mede aan het adres van de heer Dreef kan ik
zeggen dat de Raad van Bestuur zeer recentelijk
een brief van de minister van economische zaken
heeft gekregen. Zoals men weet hadden wij met hem
afgesproken dat tegen de achtergrond van de situa
tie in 1985 met hem over de ontwikkeling zou wor
den gepraat. De ontwikkeling blijft nu sedert twee
jaar achter bij hetgeen indertijd als prognose is
aanvaard. Tegen die achtergrond hadden wij de wens
te kennen gegeven op korte termijn met de minister
te spreken. Die gedachte heeft de minister inder
daad afgewezen, maar hij heeft niet, zoals de heer
Dreef veronderstelt, te kennen gegeven dat hij
voor 1985 niet wil praten. Wat de minister ons
heeft doen weten is dat hij het minder zinvol acht
thans een afspraak voor een gesprek te maken.
De heer DREEF: Ik citeer alleen maar een
persbericht, inhoudend dat de minister voor 1985
niet wil praten.
Wethouder SANDBERG: Maar ik citeer de brief
van de minister en dat is wat duidelijker. In ant
woord op vragen van de heer Littooij en nu citeer
ik letterlijk wat er in de brief staat: "Tegen de
ze achtergrond acht ik het daarom minder zinvol
thans een afspraak voor een gesprek te maken.
