1338 18 AUGUSTUS 1983 De VOORZITTER: Ik heb mijn visie gegeven om trent de wijze waarop informatie is verschaft. Graag hoor ik van de overige fracties hoe zij den ken over bespreking van dit stuk in de commissie algemene zaken, welke bespreking volgens het regle ment van orde mogelijk zou zijn. De heer HOFSTé: De stukken die wij over deze aangelegenheid hebben ontvangen zijn volstrekt duidelijk en na de uitvoerige en goede informatie verstrekking bestaat bij ons dan ook geen enkele behoefte aan een bespreking in de commissie alge mene zaken. De heer TAKSIk ben het eens met uw beant woording naar aanleiding van het verzoek inzake het stuk onder p. De raad heeft ten aanzien van de behandeling van ingekomen stukken vier mogelijk heden tot zijn beschikking, waaronder onderbren ging in rubriek C, ter afdoening in handen van het college na advies van de betreffende functionele commissie. Ik begrijp dat de heer Simons op een zodanige wijze van afdoening aandringt, maar ik vermag niet in te zien welke zin het heeft een stuk waarin verslag wordt gedaan over de defini tieve afhandeling van een zaak ter afdoening in handen van het college te stellen; de zin daarvan ontgaat mij volledig. U hebt toegezegd het stuk onder n in de com missie algemene zaken aan de orde te zullen stel len, maar ik vraag mij af of dat helemaal juist is. U kunt uiteraard zo'n toezegging doen —dat is uw eigen verantwoordelijkheidterwijl inderdaad de raad kan besluiten een stuk ter afdoening in handen van het college te stellen na advies van de commissie, voor welke procedure u nu kiest. Het betreft hier evenwel een onderwerp dat, hoe belang wekkend ook, volstrekt niet tot het werkterrein van de raad als gemeentelijk bestuursorgaan be hoort. Welke is de zin van een discussie in de commissie algemene zaken over zo'n onderwerp?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1338