18 AUGUSTUS 1983
1393
fracties onze informatie in de commissies en naar
aanleiding daarvan vinden discussies in de frac
ties plaats, waarbij wordt gewikt en gewogen waar
na besluiten worden genomen. In dit geval heeft de
discussie in onze fractie geleid tot een meerder
heids- en een minderheidsstandpunt. Het meerder
heidsstandpunt is door de heer Crul eveneens ten
aanzien van een aantal aspecten verwoord. Wij heb
ben de materie in ieder geval indringend bestu
deerd en het is niet van belang namens wie de heer
Crul heeft gesproken. Hij spreekt in elk geval als
lid van de fractie van de Partij van de Arbeid.
Wethouder VAN DUN: Ik weet eigenlijk niet
precies waarover ik moet praten. Het is duidelijk
dat door de heer Crul een amendement is ingediend,
maar er schijnt ook iets van de heer Hendricks te
komen, dat ik graag in mijn beantwoording zou
meenemen
De VOORZITTER: Als ik het goed heb begrepen
heeft de heer Hendricks alleen een verzoek gedaan,
maar nog niets ingediend. Bent u van plan een mo
tie in te dienen, mijnheer Hendricks?
De heer HENDRICKSAls er geen andere weg is
willen wij een motie indienen.
De VOORZITTER: Het is nog altijd de bedoeling
ik geloof ook dat wij ons daaraan moeten houden
dat in zo'n geval een stukje papier wordt inge
diend waarop het een en ander is vermeld. Dat
lijkt mij toch wel het minste wat we kunnen vragen.
Ik heb thans voor mij een motie van de heer
Hendricks. Vermoedelijk zult u het met mij eens
kunnen zijn dat in dit stadium van het debat met
voorlezing van de motie kan worden volstaan. De
motie luidt als volgt:
"De raad, op 18 augustus 1983 in vergadering
bijeen, spreekt ter zake agendapunt 7 als
zijn mening uit dat de afwikkeling van het