1457 8 SEPTEMBER 1983 gauw. Ik ga niet over dingen praten waar ik weinig of niets over te zeggen heb. Als ik dat doe loop ik het risico dat ik flauwe kul vertel en dat wil ik graag vermijden. Dit, mijnheer De Waal, is eigenlijk het antwoord op uw vraag. Over Woens- drecht en de inzet van politie zult u met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niets te zeggen hebben en ik geloof dat dat de duidelijk heid alleen maar ten goede komt. Het buitengebied van deze stad zal men goed blijven verzorgen, op de wijze waarop dat totnogtoe is gebeurd. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna con form het voorstel van burgemeester en wethou ders besloten. De VOORZITTER: Wij zullen nu ongeveer een kwartier pauzeren. Ik schors de vergadering. PAUZE De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. 6. bijlage nr. 308. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AANBRENGEN VAN VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN IN DE WERKRUIMTEN VAN DE TECHNISCHE OPSPO- RINGS- EN HERKENNINGSDIENST (T.O.H.D.) VAN HET BUREAU POLITIE. (M) De heer DE WAAL: Omdat mijn fractiegenoot nog beneden aan de koffie zit, zal ik in plaats van hem het woord voeren. Gelukkig staan de opmerkin gen die hij wilde maken op papier! Voor zover ik het kan ontcijferen, gaat het erom dat de beantwoording in de aan ons gerichte brief naar onze mening vrij summier is. We vinden het een beetje raar dat de politieleiding en het personeel niet zelf aan de bel hebben getrokken, hoewel anders de politie altijd heel efficiënt en snel werkt. Ook de arbeidsinspectie heeft zich

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1457