22 SEPTEMBER 1983 1531 niet valt te werken, want de oude woonsituatie bestaat niet meer en de woningzoekenden kunnen er meestal niet op terugvallen, maar tegelijkertijd weten wij en de gebruikers dat zij na niet al te lange tijd op straat komen te staan. Wij zijn dan ook van mening dat bij de puntentoekenning £an de groep rekening moet worden gehouden met het feit dat zij slechts tijdelijk zijn gehuisvest en na een bepaalde periode moeten worden geherhuisvest. Verder hebben wij vernomen dat de S.W.B. geen woningen meer toewijst aan woongroepen, óók niet aan kleinere woongroepen waarvoor wel woonruimte in het bestand is te vinden. Kan de wethouder ons meedelen of deze informatie juist is en zo ja, hoe dit valt te rijmen met het beleid dat door de raad is vastgesteld? Ik had eigenlijk een motie willen indienen, waarover door de Partij van de Arbeid al iets is gezegd, maar ik heb begrepen dat wethouder Wel- schen zal meedelen dat ieder jaar een evaluatie van het functioneren van de Stichting Woonruimte verdeling zal plaatsvinden, wat indiening van onze motie onnodig maakt, zodat tevens de opmerking van de Partij van de Arbeid daarover overbodig is ge worden De heer DE BRUIJNIk begrijp dat nu ook de P.S.P. vooruitloopt op nog te nemen besluiten! De heer SIMONS: Wij zijn hiervan in kennis gesteld door de P.v.d.A.-fractie. Wij zullen dus geen motie, maar wel twee amendementen indienen. Door de heer Simons c.s. zijn twee amendemen ten ingediend van de volgende inhoud: "De gemeenteraad van Breda, in vergadering bijeen op donderdag 220983, gelezen hebbende het voorstel van B en W met betrekking tot de vaststelling van de hoofduitgangspunten van de woonruimteverdelingssystematiek

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1531