1540 22 SEPTEMBER 1983 Je kunt de aanleiding "inplaatsingsbeleid" zowel zeer positief als zeer negatief benaderen en il lustratief voor de vragen die op dat vlak bestaan vind ik de opmerking van de heer Simons in de com missievergadering. Hij stelde namelijk dat we de methode -B niet mogen hanteren, maar dat we wel zeer zorgvuldig met de inplaatsing van probleemge zinnen moeten omgaan. Teneinde het probleem te signaleren reageerde ik daarop met te zeggen dat we dan kennelijk -B door -P zouden moeten vervan gen. Met dit verhaal wil ik aangeven dat we ont zettend zorgvuldig moeten nagaan waarmee we pre cies bezig zijn en dat elke simpele oplossing naar mijn mening bij voorbaat fout is. Een zorgvuldig en goed omgaan met de hele situatie op dit punt zoals we die in de stad tegenkomen vergt nogal wat discussie en met een gemakkelijke en rechtlijnige stellingname zullen we de feitelijke problemen in de buurten niet kunnen oplossen. Wij willen het daarom ook op een andere manier proberen. De kwestie van de verantwoordingsplicht van de raadsleden in de S.W.B. is voor mij dus heel anders gelegen dan zoals door de heren De Werd en Simons naar voren werd gebracht. Ik ben ervan over tuigd dat de S.W.B. zorgvuldig handelt en dat zij dit punt zelf vroegtijdig in discussie heeft geno men, maar dat het ook voor de S.W.B. ontbrak aan een oplossingsmogelijkheid. Dit vraagstuk zullen we met ons allen moeten oplossen, in welk kader de genoemde nota's zijn uitgebracht. Een volgend vraagpunt betreft de wijziging van de voorkeursregeling. Door de raad is vastge steld dat die moest worden gecontinueerd toen we met de S.W.B. met het hele systeem startten. In het kader van deze evaluatie is dit punt toch weer intern ter discussie gesteld, waarbij wij de vraag aan de orde hebben gesteld wat hier nu feitelijk voor rationeel argument onder ligt. In eerste in stantie is door het college een voorstel in de richting van de commissies gedaan en wij hehben er kennis van genomen dat vanuit het C.D.A. en de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1540