1570 22 SEPTEMBER 1983 want in de commissie heb ik meegedeeld dat het K.J.F. geen besluit neemt alvorens de raad een be sluit heeft genomen; pas daarna kan dit fonds for meel tot besluitvorming overgaan. Als we dus nu niet zouden besluiten, zouden we wat dat betreft in een vicieuze cirkel ronddraaien. Ik vind dat we nu het project van start moeten laten gaan, welke start mogelijk kan worden gemaakt met ge meentelijke middelen. Als het K.J.F. geen bijdrage verleent, betekent dit dat de startfase wat langer zal moeten duren, omdat het niveau van bepaalde investeringen dan zou moeten worden teruggeschroefd. Wij zien dat liever niet gebeuren, maar als de raad zich unaniem achter dit project schaart zal dat vermoedelijk voor het Koningin Julianafonds een extra motivatie opleveren om een geldelijke bijdrage aan het project te leveren. De heer De Waal heeft iets gezegd over de ach terlichten van collega Van Asseldonk. Die zijn echter over het algemeen nauwelijks te zien, want collega Van Asseldonk stormt met zijn ideeën zo hard vooruit dat die onmiddellijk aan het oog ont trokken worden. De heer De Werd sprak van een trendsetter wat ik met hem eens ben; ik meen ook dat het pro ject een voorbeeldfunctie kan hebben. Ik heb mij laten vertellen dat ook het ministerie van W.V.C. het project aldus beschouwt en dat men daar erg grote belangstelling heeft voor wat wij hier aan het doen zijn. Bij het ministerie wordt eveneens over een voorbeeldfunctie gesproken en het zou ook best wel eens kunnen gebeuren dat wij in dezen toonaangevend zijn voor projecten die elders zijn te realiseren. Overigens houdt dat tevens het ri sico in dat wij degenen zullen zijn die tegen elke muur zullen aanlopen die in dezen überhaupt is op te richten, maar daar zullen we dan wel doorheen of anders overheen komen. Over de loonsuppletie hebben wij met alle be trokken instanties gesproken en inmiddels is daar voor ook goedkeuring verkregen; de circulaire van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1570