22 SEPTEMBER 1983
1575
alles wat in de commissie naar voren is gekomen
herhalen, want wij zullen nu een besluit moeten
nemen, maar namens de C.D.A.-fractie wil ik toch
nog wel enkele dingen zeggen.
In de eerste plaats deel ik u mee dat wij met
dit voorstel akkoord gaan. In feite betreft het
voorstel een afsluitende stap, terwijl het tevens
de mogelijkheid in zich heeft om meerdere stappen
te gaan zetten. Vervolgens zit in het voorstel een
verwijsfunctie opgesloten benevens de doelstelling
om de werkfunctie van de vele instellingen, de ge
meente en particulieren zuiver te houden. Wij zijn
ter zake van hetgeen aan dit voorstel ten grond
slag ligt als gemeenteraad verantwoordelijk, maar
het lijkt mij goed hierbij naar voren te brengen
dat wij gelukkig afhankelijk zijn van de vele men
sen in Breda die zich inzetten voor het geven van
goede adviezen en goede informatie. Wij kennen in
Breda zowel bij de gemeentelijke instellingen als
bij het particulier initiatief inderdaad velen die
deskundig zijn binnen het kader van hun eigen in
stelling, maar die bovendien steeds meer deskun
digheid verwerven ten aanzien van het totaalIk
denk dat steeds minder instellingen zich op een
eilandje voelen zitten, wat ook voor de medewer
kers geldt. Vanuit deze opvatting hebben wij als
V.V.D.- en C.D.A.-fractie gemeend een motie te
moeten indienen waarvan wij de stellige overtui
ging hebben dat zou overigens altijd anders kun
nen uitpakkendat zij een ondersteuning kan be
tekenen voor het collegebeleid en een onderschrij
vende vervolmaking bij de uitvoering van dit voor
stel. Wij hopen dat het mogelijk zal zijn een
stukje geschiedenis zou in dit verband interessant
zijnhet advies- en informatiewerk van de ver
schillende instellingen steeds dichter bij het
volk te brengen. Ik dien hierbij onze motie in.
De door de heer Van Dongen c.s. ingediende
motie heeft de volgende inhoud:
"De raad der gemeente Breda;