6 OKTOBER 1983 1611 constateren dat het respect voor de gemeenteraad bij de burger door deze ontwikkelingen ongetwij feld minder wordt. Men zal hier niets van begrij pen en ik denk dat de heer Cruldie in deze raad zo vaak heeft gehamerd op het respect dat wij als gemeenteraad bij de burger moeten verwekken» en op het feit dat wij geloofwaardig moeten overkomen, wat dat betreft enige neiging tot zelfinkeer zou moeten hebben. Onze conclusie is op dit ogenblik dat de gemeenteraad tot de orde van de dag moet overgaan en in dit stadium geen taak heeft. De heer TAKS: Tot nu toe heeft de V.V.D.-frac tie zich steeds onthouden van een standpuntbepa ling inzake de woelingen die de Bredase P.v.d.A., zowel de afdeling als de fractie, al geruime tijd teisteren. Het betreft immers een intern conflict waarbij wij op geen enkele wijze betrokken zijn en waarover wij dan ook geen oordeel hoeven te hebben wat overigens als een gelukkige omstandigheid kan worden beschouwd. De P.v.d.A.-fractie heeft zeker niet geschroomd haar vuile was buiten te hangen maar tot dusverre gebeurde dat in elk geval niet ten stadhuize De verklaring die de heer Dreef vanavond heeft afgelegd en de verklaring waarmee mevrouw Paulussen in antwoord op de woorden van de heer Dreef is gekomen, maken aan bovenbedoelde prudente aanpak een eind. Daardoor wordt de raad nu voor de eerste maal in de volle omvang met de interne pro blemen van de P.v.d.A. geconfronteerd. Dat valt bijzonder te betreuren, omdat het functioneren van de raad er niet mee is gediend dat partijen hun interne conflicten laten doorwerken in hun optre den in de raad. Ondanks deze volstrekt verwerpe lijke gang van zaken zullen wij ons niet uitspre ken over de aan de P.v.d.A.-crisis ten grondslag liggende oorzaken. De schuldvraag interesseert ons ook volstrekt niet; relevant zijn slechts de ex terne gevolgen waarmee de raad wordt geconfron teerd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1611