1614
6 OKTOBER 1983
oktober aan de orde komt, wordt de bezetting van
de P.v.d.A.-zetels in de commissie ter sprake ge
bracht. Ter zake wachten wij uiteraard de voor
stellen van de P.v.d.A.-fractie af. Elke fractie
kan naar onze mening tussentijd om wijziging van
haar vertegenwoordiging in de commissie van advies
en bijstand vragen en hetzelfde geldt voor de be
zetting van de haar toegewezen zetels in de diver
se andere vertegenwoordigingen. De normale gang
van zaken is ook dat de raad daaraan zijn medewer
king verleent. Het is echter nog niet eerder voor
gekomen dat zo'n verzoek wordt gedaan in verband
met de scheuring van een fractie, maar deze om
standigheid vormt naar onze mening toch geen reden
om anders te handelen dan te doen gebruikelijk is.
Elke fractie bepaalt zelf wie namens haar optreedt
en de raad legt zich daarbij neer.
Ik merk wat de commissiesamenstelling betreft
in ieder geval alvast op dat conform het program
akkoord de groep-Crul-Paulussen, hoe zij dan ook
optreedt, desgewenst in elke commissie van advies
en bijstand vertegenwoordigd moet kunnen zijn.
Voor de overige vertegenwoordigingen geldt naar
onze mening wij willen daarover geen misver
stand laten bestaan in ieder geval niet het
automatisme dat vrij komende plaatsen ook weer
door leden van de P.v.d.A.-fractie zullen worden
bezet. Daarbij spelen de nu gewijzigde onderlinge
krachtsverhoudingen een rol. Ik denk dan enerzijds
aan de verhouding tussen C.D.A./V.V.D. en P.v.d.A.,
anderzijds aan de verhouding tussen P.v.d.A. en
D'66, een andere collegepartner. Ook de houding
die de groep-Crul-Paulussen ten opzichte van het
programakkoord gaat aannemen, speelt in dezen een
rol. Men heeft loyale medewerking aan het program
akkoord toegezegd. Als men dat in de praktijk ook
waar maakt, speelt zulks uiteraard bij de verde
ling van de overige vertegenwoordigingen een rol.
Dit alles betekent dat een en ander niet zon
der nader overleg tussen de fracties zal kunnen
worden geregeld. Ik merk tot slot nog op dat ook