6 OKTOBER 1983 1615 met betrekking tot het gebruik van het Praathuis problemen kunnen rijzen. In elk geval zal er geen sprake van kunnen zijn dat voor rekening van de gemeente voorzieningen worden getroffen. De heer HENDRICKS: Een zeer korte reactie. De status van de beide vanavond aan ons uitgereikte brieven is voor ons onduidelijk. Wij beschouwen de beide brieven als kennisgevingen en van de inhoud van de brieven hebben wij dan ook kennisgenomen. In de brieven wordt van tegengestelde opvattingen uitgegaan, waarover naar wij aannemen vóór 20 ok tober meer duidelijkheid zal komen. De verdere gang van zaken tot op dat moment wachten wij af. De heer SIMONSWij betreuren het dat de P.v.d.A. in feite de andere fracties dwingt een stelling in te nemen. In feite wordt concreet van ons gevraagd dat wij mevrouw Paulussen en de heer Crul als zij het woord voeren niet meer als lid van de P.v.d.A.-fractie erkennen, dit hangende een beroepsprocedure van mensen die wèl lid van de partij P.v.d.A. zijn. Op die manier wordt van ons gevraagd een stelling in te nemen en ik betreur het ten zeerste dat de P.v.d.A. andere fracties in de raad hiertoe dwingtZeker nu de reglementen van de P.v.d.A. zelf blijkbaar tegenstrijdig te interpreteren zijn, is het natuurlijk voor raads fracties geheel onmogelijk daarvan hun eigen inter pretatie te geven. Ik zou op de zevenmans-/-vrouws fractie van de P.v.d.A. een dringend beroep willen doen, de verklaring en alle tot nu toe geschreven brieven in te trekken en pas na de beroepsprocedu re handelend op te treden. Mijns inziens is dat de enige manier waarop voor de andere fracties een werkbare situatie kan worden geschapen. Wanneer mevrouw Paulussen en de heer Crul zichzelf als lid van de P.v.d.A.-fractie blijven zien terwijl de overige leden van de P.v.d.A.-fractie dat niet er kennen, ontstaat voor ons een onmogelijke en on werkbare situatie. Ik denk dat de P.v.d.A.-fractie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1615