6 OKTOBER 1983
1637
Wethouder VAN ASSELDONK: We zullen het er
mijns inziens allen over eens zijn dat het voor
instellingen erg moeilijk is het beleid te bepalen
als zij niet weten hoeveel geld zij nog te ver
wachten hebben. Toevallig is vanmiddag in mijn
wethouderskamer bij de voorbespreking van di.t
voorstel van de kant van de ambtenaren het woord
"creativiteit" gevallen, een woord dat mevrouw
Paulussen ongetwijfeld niet vreemd is. De ambtena
ren schrokken er zelf even van ik hecht eraan
dat te vermeldenen ik vind dat wij eenzelfde
creativiteit ook van de instellingen mogen ver
wachten. Niet alleen het gemeentebestuur moet zich
creatief opstellen, dit mag ook van de instellin
gen worden gevraagd. Mevrouw Van Beusekom heeft er
al op gewezen dat de gemeente een enigszins voor
zichtig beleid op dit punt heeft gevoerd. Het gaat
hierbij om twee extra stimuleringsbijdragen van
het rijk, enerzijds een voor drie jaar gegaran
deerde bijdrage voor alfabetisering en anderzijds
een stimuleringsbijdrage voor educatieve activi
teiten voor culturele minderheden. Ten aanzien van
die laatste moesten we maar afwachten of die zou
worden gegeven. In 1982 lagen deze posten dichter
bij elkaar, maar dit jaar bleek de post voor alfa
betisering hoger te zijn uitgevallen en de post
voor de stimulering van educatieve activiteiten
voor culturele minderheden lager. Wij moeten daar
mee rekening houden, want wij kunnen niet blind
zijn voor het beleid van de landelijke overheid en
voor de problemen waarmee die te kampen heeft. Het
is ook niet uitgesloten dat de laatstgenoemde bij
drage wel eens heel sterk zou kunnen worden ver
laagd. Om die reden hebben wij ons naar de toekomst
toe straks zal dit punt, bij de behandeling van
plan en programma, ongetwijfeld weer aan de orde
komenvrij voorzichtig opgesteld. De stelling
van de heer Simons dat wij een risicoloos beleid
voeren is evenwel niet terecht, want als het rijk
niets geeft is in ieder geval toch een bepaald be
drag gegarandeerd.