1640
6 OKTOBER 1983
maar het is denkbaar dat in geval van een noodsi
tuatie ook bijstand vanuit de regio moet worden
gevraagd. Is voorshands ook die samenwerking gere
geld en hoe wordt de afstemming op peil gehouden?
Indien daaraan nog geen aandacht is gegeven, zou
het dan niet gewenst zijn besprekingen hierover
met de gemeenten in de regio te openen? Mochten er
calamiteiten over ons komen die ons gebied over
stijgen, hoe worden de zaken dan geregeld en hoe
is dan de verhouding tussen de B.B. en dit rampen
plan?
Het boek waarin het plan is uitgewerkt is een
indrukwekkend werkstuk geworden en het heeft veel
inzet van mensen gevergd om zich op dit onderwerp
te prepareren, waarvoor wij hier graag onze waar
dering uitspreken.
De VOORZITTER: Het aantal vragen bij dit voor
stel is beperkt, maar de vragen zelf zijn niet
minder indringend. Het lijkt mij goed dat ik de
nadruk leg op het feit dat dit rampenplan een echt
gemeentelijke aangelegenheid is. De wet schrijft
voor dat door iedere gemeente een rampenplan dient
te worden gemaakt, hetgeen door sommige kleinere
gemeenten in combinatie wordt gedaan, maar in elk
geval is dus het hebben van een rampenplan ver
plicht. Verder moet u zich bewust zijn van het
feit dat dit plan betrekking heeft op rampen in
vredestijd. De plannen die door de B.B.-kring zijn
opgesteld en zijn toegesneden op situaties in oor
logstijd omvatten een veel groter gebied. Mevrouw
Den Ouden heeft gevraagd naar de verhouding van de
B.B. tot dit plan, waarop ik kan zeggen dat de
B.B. ten aanzien van het onderhavige gemeentelijke
rampenplan slechts een adviserende taak heeft,
welke taak zij ook heeft uitgevoerd. Haar eigen
beschermingsplannen zijn dus bovengemeentelijk. De
blik richtend op de toekomst wil ik de verwachting
uitspreken dat er een echt regionale hulpverle
ningsorganisatie tot stand zal komen, want zoals
u weet zal de B.B. binnen afzienbare tijd worden