17 FEBRUARI 1983
165
de hoogte is, geen invloed meer kan uitoefenen.
Dat heeft in wezen niets met het indertijd gehou
den betoog van de heer Pothof te maken. Hij heeft
ons toen verteld dat er andere mogelijkheden wa
ren en in onze fractie is daarvoor bewust niet ge
kozen. Of dat uiteindelijk allemaal goed is ge
weest, is weer een andere vraag. We zullen elkaar
wat dat betreft bij de hand moeten houden. Graag
zal mijn fractie de reactie van het college op
het bedoelde kranteartikel horen.
De heer HENDRICKS: Ik zal proberen te vermij
den dat ik ga herhalen wat reeds is gezegd. Bij
de uitgebreide behandeling van het voorstel in de
commissie ging het vooral om de ongrijpbaarheid
van het bedrag van 26 miljoen, dat eigenlijk nog
moet worden verhoogd met het reeds voor de Ypelaar
beschikbaar gestelde bedrag van 3,3 miljoen, zo
dat het totaal op 29,4 miljoen komt. Wij hebben
overwogen of het wenselijk zou zijn een amendement
in te dienen om het bedrag kleiner te houden en
daardoor de overzichtelijkheid te vergroten. Daar
bij rijst de vraag, waar je moet beginnen. Elke
beperking van het bedrag is arbitrair, mede omdat
we te maken hebben met technische toelichtingen
waarbij een deel van de achterliggende motivering
voor de simpele leek niet-inschatbaar blijft. Ge
zien het zeer omvangrijke bedrag van ruim 29
miljoen hebben wij overigens grote twijfel, of het
EnWa-bedrijf een dergelijk investeringsprogramma
in een jaar kan opstarten dan wel kan uitvoeren.
Het is niet niets.
Opvallend is dat nu 4,6 miljoen van het
vorig jaar wordt teruggeboekt. Wellicht kan één
van de collegeleden mij nog even in herinnering
brengen wat het moederkrediet verleden jaar is ge
weest. We spreken nu over een moederkrediet van in
totaal om en nabij de 29 miljoen. Destijds ging
het naar ik meen om een aanzienlijk lager bedrag
en zelfs 4,6 miljoen daarvan moet nu met het oog
op niet uitgevoerde werkzaamheden worden