20 OKTOBER 1983 1745 ik geprezen; ik heb -zelfs gezegd dat ze ons uit het hart waren gegrepen. Ik heb er nota van geno men dat u de indruk hebt willen wegnemen dat u zich daarmee geschaard zou hebben achter de doel stellingen van de expositie. Hiermee is wat mij betreft dit incident de wereld uit. Wat minder ge lukkig vind ik het dat u in de raad melding hebt gemaakt van een brief die u in het weekeinde van het OSL hebt ontvangen. Ik wijs erop dat de WD- fractie u in het weekeinde ook heeft benaderd en dat de WD-fractie een groot deel van de Bredase kiezers representeert; dat gegeven behoort voor de raad van meer relevantie te zijn dan een particu liere brief die u van het OSL hebt ontvangen. In eerste termijn meen ik duidelijk te hebben gemaakt waarom de in de notitie opgenomen varian ten alle door ons worden afgewezen. Daaruit volgt logischerwijs dat ook de moties 1 en 2 van de frac ties ter linkerzijde door ons worden afgewezen. Met verbazing heb ik in motie 2 gelezen dat het vertrouwenwekkende signaal dat uit de Bredase sa menleving moet klinken gereserveerd wordt voor een tiental Amerikaanse steden. Waarom doet men dat genoegen ook niet aan een tiental Russische ste den? De eenzijdigheid komt hier duidelijk tot uit drukking De enige uitspraak waartoe de WD-fractie op dit moment bereid is, is neergelegd in onze eigen motie, te weten: gemeentelijke bestuursorganen dienen zich te onthouden van uitspraken en overige standpuntbepalingen met betrekking tot plaatsing van kernwapens Met enige verwondering heb ik kennis genomen van de opmerkingen van de heer SchuringInderdaad heeft onze motie een staatsrechtelijk karakter, zoals ook de notitie van het college een staats rechtelijk karakter heeft. Inderdaad hebben wij in de motie geen uitdrukking gegeven aan emoties, om dat die naar onze mening in dit verband volkomen misplaatst zijn. Wij zijn op staatsrechtelijke gronden van mening dat de gemeenteraad geen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1745