1780 27 OKTOBER 1983 samenwerkingsverbanden tot stand zouden kunnen ko men. Tevens heeft de P.S.P. ernstige problemen met het feit dat de burgemeester hoofd van de politie is. Vandaar dus dat de P.S.P. nooit een claim op burgemeestersposten zou leggen. Ik wil vervolgens een punt aansnijden waarop u als Commissaris der Koningin direct invloed kunt uitoefenen. Zoals bekend kunnen sollicitanten aan u te kennen geven dat zij niet bereid zijn hun naam te laten doorgeven aan een door de gemeente raad ingestelde vertrouwenscommissie. Wij zijn van mening dat sollicitanten door zo'n opstelling hun visie op inspraak en openbaarheid, voor zover je bij een vertrouwenscommissie daarover kunt spreken, op een treffende wijze kenbaar maken. Wij willen u dan ook dringend verzoeken die kandidaten niet op uw voordracht te plaatsen. Kunt u dat toezeggen? Samenvattend leg ik de drie volgende vragen aan u voor: - In hoeverre houdt u rekening met de door diverse fracties uitgesproken voorkeur voor een vrouw? - Hebben er mensen uit militaire kringen gesolli citeerd? - Bent u ertoe bereid personen die te kennen heb ben gegeven dat hun naam niet aan de vertrouwens commissie mag worden doorgegeven niet op uw voor dracht te plaatsen? De VOORZITTER: Het woord is vervolgens aan de heer De Werd van de P.P.R. De heer DE WERD: De P.P.R. staat achter de profielschets en dat impliceert dat de P.P.R. het belang van de inbreng van de gemeente bij de be noeming van een burgemeester inziet en daaraan een constructieve bijdrage wil leveren. De inhoudelij ke bijdrage van de P.P.R. naast de profielschets wordt uitgesproken door een micro-politicus van een micro-partijtje en daardoor kan die heel be perkt zijn. Mijn inbreng zou veeleer hout kunnen snijden als het gaat om de procedure en omdat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1780