27 OKTOBER 1983
1781
daarover vanavond niet uitgebreid is gesproken,
lijkt het mij goed daarop nu in te gaan. Er zijn
twee manieren om een nieuwe burgemeester te krij
gen: je kiest hem of je stelt hem aan. Als een
burgemeester wordt aangesteld heeft dit het voor
deel dat wellicht beter kan worden gegarandeerd
dat deze functionaris boven de partijen zal staan,
wat de taakstelling van de burgemeester ook ver
eist. Het is een slechte burgemeester die bij zijn
of haar bewind de koppeling sterker legt naar de
politieke achterban dan naar het college, de poli
tie, het stadsgewest en de raad. Daarentegen heeft
ook een gekozen burgemeester zijn pre's. De beslis
singen die een burgemeester moet nemen zijn voor
een aanzienlijk deel politieke beslissingen en het
zou dan ook logisch zijn een burgemeester te kie
zen. Het is wat tegenstrijdig als men aan de ene
kant stelt dat de burgemeester boven de partijen
moet staan en derhalve geen politieke kleur moet
uitdragen en men er aan de andere kant als een
haas bij probeert te zijn om iemand te krijgen van
de politieke kleur die men zelf heeft.
In het verlengde hiervan ligt een tweede argument
voor een gekozen burgemeester. De huidige situatie
geeft aan dat de grondslag voor de benoeming, min
stens voor wat betreft het totale aantal burge
meesters in Nederland, deels in een partijpolitiek-
evenredige verdeling gelegen is.
De P.P.R. is, gegeven deze twee feiten, voor een
gekozen burgemeesterHet systeem van een benoemde
burgemeester waarbij door de lokale volksvertegen
woordiging toch inspraak kan worden geleverd is
dan ook eigenlijk het hinken op twee benen. Ener
zijds wordt de mogelijkheid voor inspraak geboden,
maar vervolgens is men niet verplicht zich iets
aan de standpunten van de gemeenteraad gelegen te
laten liggen.
Ik wil een korte schets van de zwakte van de
benoemingsprocedure geven, waarbij ik met name wil
spreken over de zogenaamde vertrouwenscommissie.
Een kandidaat kan te kennen geven dat hij of zij