10 NOVEMBER 1983
1829
tot een goed project kunnen komen. Het lijkt mij
veel te optimistisch, te denken dat allerlei or
ganisaties nu met projecten zullen komen aandra
gen, dat dat allemaal kan worden gerealiseerd en
dat nieuwe projecten steeds weer voor realisering
in aanmerking zullen kunnen komen. Ik ben bang dat
we op die manier veel verder van huis komen. Ik
betreur het standpunt dat men nu inneemt, in hoge
mate.
De heer HENDRICKS: Mijnerzijds wordt betreurd
dat de raad op geen enkele wijze invloed zal kun
nen uitoefenen op de keuze van de drie deskundige
Bredanaars.die het college van advies zullen moe
ten dienen
Wat het amendement betreft: ik begrijp niet
zo goed welke bezwaren men tegen punt b van dat
amendement heeft. Over de formulering van dat punt
kan toch niemand vallenl Er zitten geen "valkuilen"
in als over het stimuleren van inzicht in de pro
blematiek wordt gesproken. Ik geloof dat ieder
woord dat we er nog aan wijden, er één te veel is.
Bakkeleien over de tekst, of over de vraag of als
nog een inspraakprocedure moet worden gevolgd en
of de vroegere inspraak al dan niet is genegeerd,
vind ik niet meer interessant.
In de vorige raadsvergadering hebben wij nog
al uitputtend over de kernwapenproblematiek gespro
ken. Van de kant van D'66 is daarbij gewezen op de
geweldige bedragen die met de kernbewapening ge
moeid zijn. Als je die bedragen vergelijkt met de
bedragen die hier in het geding zijn en waarover
dan nog een hele avond bijna oeverloos wordt ge
praat en gehakketakt, moet je tot de conclusie ko
men dat het hier om een druppel op de gloeiende
plaat gaat. Laten we nu in Godsnaam die druppel
laten vallen en latën we proberen de plaat af te
koelen en aan het werk te gaan. Dat lijkt mij be
ter dan gekissebis over welk onderdeel van het
verhaal ook.