1907 8 DECEMBER 1983 Ad 3. a. De Grontmij is als exploitant ook juridisch ver antwoordelijk voor de activiteiten. Ad 3b Niet van toepassing. VRAAG (d.d. 20 juni 1983 gesteld ing. lid 2, ar tikel 48 R.v.O.) 1. Is het juist, dat door Uw college geen ambtena ren zijn aangewezen die belast zijn met het toezicht op de W.C.A.? Zo ja, waarom heeft Uw college bedoelde aanwij zing (en) nog niet gedaan? 2. Is het juist, dat er ook van de zijde van de provinciale overheid in feite geen ambtelijk toezicht wordt uitgeoefend op de naleving van de W.C.A.? 3. Is de conclusie juist, dat er in de gemeente Breda in feite geen enkel toezicht wordt uit geoefend op de naleving van de W.C.A.? 4. Is Uw college met mij van mening, dat het ont breken van feitelijk toezicht op de naleving van de W.C.A. een hoogst ongewenste situatie is, gezien de preventieve werking die van een effectieve controle op de naleving van de W.C.A. uit kan gaan? 5. Hoe verhoudt het ontbreken van toezicht op de naleving van de W.C.A. zich tot de prioriteit, die Uw college heeft gelegd bij een verantwoor de verwerking van chemische afvalstoffen, zoals die middels het oprichten van het chemisch af valstof fendepot nagestreefd wordt? 6. Welke initiatieven denkt Uw college te nemen teneinde te komen tot een effectief toezicht op de naleving van de W.C.A,?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1907