17 FEBRUARI 1983 191 geval hebben de hier bedoelde opmerkingen van de heer De Werd aspecten die verband houden met het jongerenbeleid in algemene zin, maar nauwelijks relatie hebben met het voorstel om ten behoeve van de realisering van een accommodatie een bedrag be schikbaar te stellen. Ik denk dat je daarmee moet beginnen en dat je van daaruit kunt gaan werken. Overigens zou je het ook andersom kunnen aanpakken. Je zou de begeleiding kunnen optimaliseren en meer activiteitengeld ter beschikking kunnen stellen, maar als je dan geen geld meer overhoudt voor de accommodatie, zit iedereen zich af te vragen waar de begeleiding moet worden gegeven en waar de ac tiviteiten kunnen worden georganiseerd. Wij hebben gemeend dat met deze "insteek" kan worden gezorgd voor een goede accommodatie. Wellicht komen de wensen van de heer De Werd in de toekomst nog wat beter uit de verf en zal er dan meer geld voor be geleiding en activiteiten zijn. Zijn opmerking over de 23-jaarsgrens is van toepassing op de werkverruimende maatregelen, al thans voor zover die op dit moment gelden. Dit laatste moet ik erbij zeggen, omdat bij ons al weer signalen bekend zijn die erop wijzen dat op het gebied van werkverruimende maatregelen binnen kort wellicht voor de zoveelste keer veranderingen zullen worden ingevoerd, met name ook met betrek king tot de bedoelde grens. In ieder geval heeft deze opmerking wat minder te maken met de E.A.J.- projecten. Wèl is er een rijksmaatregel genomen die tot gevolg heeft dat mensen boven de 23 jaar niet meer in WVM-verband mogen werken, hetgeen be tekent dat je WVM-projecten die dus niet gelijk te stellen zijn met E.A.J.-projecten slechts mag bemannen of bevrouwen met jongelui die jonger zijn dan 23 jaar en langer dan negen maanden geen werk hebben. De heer DE WERD: De vraag was, wie het E.A.J.- project begeleidt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 191