12 DECEMBER 1983
1946
raadsvergadering aan de orde. Ik zal daarom nu
niet in detail daarop ingaan.
Een uitzondering wil ik maken voor de emanci
patie, een onderwerp, waarover de laatste tijd
nogal wat te doen is geweest in de diverse commis
sies. In ons C.D.A-programma stellen wij d^t
emancipatie erop gericht moet zijn dat vrouwen èn
mannen zelfstandig hun verantwoordelijkheid en
taak kunnen waarmaken binnen gezin en maatschappij
Waarom de mannen erbij? Een stap terug in de his
torie. In de türoeg-geïndustrialiseerde samenleving
was het de jonge Marx, die de strijd aanbond tegen
vrouwen- en kinderarbeid. Die strijd werd metter
tijd overgenomen door linkse en christelijke par
tijen en de kerk. Ik verwijs naar de encycliek
"Rerum novarum" en naar de christelijk-sociale
congressen, die in diezelfde tijd onder begelei
ding van de protestant-christelijke partijen de
zelfde problemen bespraken. De strijd spitste zich
destijds toe op het verkrijgen van een gezinsinko
men voor de man, waarmee hij vrouw en kinderen zou
kunnen onderhouden. Deze strijd, die werd gewonnen
werd als een grote sociale verworvenheid gezien,
zeker voor de vrouwen aan de basis. Het gevolg was
dat de vrouw thuis kon blijven en ook dat genera
ties van mannen zich, als ze trouwden, garant stel
den voor het onderhoud van een gezin. Geen gero-
mantiseer over ik-ontplooiinger moest eenvoudig
weg brood op de plank komen voor vrouw en kinderen
Het ligt voor de hand dat zich daaruit sterk ge
vestigde rolpatronen ontwikkelden.
Na de oorlog kunnen wij veranderingen consta
teren. Er is een sterk functieverlies van het ge
zin; die gezinnen zijn klein, de huishouding wordt
geautomatiseerd en de familie- en maatschappelijke
verbanden vervlakken. De vrouw zit alleen in haar
huis en wil eruit. Intussen is er ik ga er met
zevenmijlslaarzen doorheen wel wat veranderd.
Ik verwijs hierbij naar de laatste oekase van
staatssecretaris De Graaf, die verordonneert dat
bij werkloosheid van een jaar de partner werk moet