12 DECEMBER 1983
1954
overleg in te gaan. Tot slot wil ik namens mijn
fractie dank brengen aan alle ambtenaren, die deze
tweede begrotingsbehandeling in dit jaar mogelijk
hebben gemaakt.
De heer TAKS: De behandeling van de begroting
1984 vindt plaats tegen de achtergrond van in aan
tal en omvang snel toenemende sociale en economi
sche problemen: de werkloosheid, de woonlastenpro-
blematiek, de zorg voor minderheden, milieuvraag
stukken het vervagend normbesefwaarneembaar in
de vorm van toenemend geweld, vandalisme, stads-
vervuiling, verstoring van de openbare orde, on
verdraagzaamheid en discriminatie. Deze en tal van
andere problemen moeten worden bestreden met een
slinkend budget. Dat vraagt veel inzet en creati
viteit van het gemeentebestuur. Immers, de tradi
tionele oplossingen, zoals uitbreiding van het ap
paraat, meer instrumenten, meer regelgeving, meer
bureaucratie en dergelijke blijken financieel niet
meer mogelijk te zijn.
De financiële positie van het lokale bestuur
verslechtert nog voortdurend als gevolg van de
vloed van bezuinigingsmaatregelen die het rijk
over de gemeenten uitstort. Bovendien dreigt het
gevaar, dat in het kader van de decentralisatie,
die op zich van harte valt toe te juichen, nieuwe
taken op de gemeenten afkomen, die niet of in on
voldoende mate vergezeld gaan van de benodigde fi
nanciële middelen. Ook hebben de gemeenten nauwe
lijks of niet de mogelijkheden hun eigen inkomsten
voldoende op te voeren om de opgelegde bezuinigin
gen te compenseren en de nieuwe taken ter hand te
nemen. Dit is overigens maar goed ook, want een
aanzienlijke lastenverzwaring voor de burger zou
vermoedelijk het gevolg zijn als het gemeentelijk
belastinggebied ruimer bemeten was.
De geschetste ontwikkeling noodzaakt tot een
voortdurende bezinning omtrent de vraag of be
staande activiteiten wel voldoende doelmatig zijn,
want veel overheidsbemoeiing is allesbehalve