2057
12 DECEMBER 1983
burgers aan meer geld te komen. Enige ruimte zal I
wellicht liggen in het bij gelijke tariefstel- i
ling verhogen van het gebruik van openbare
voorzieningen. In dat kader wacht de P.P.R. met f
enige spanning af hoe van het vrijetijdsbeleid t
door meer mensen gebruik zal kunnen worden gemaakt,
middels speciale tariefstelling, promotie en het i
aantrekkelijker maken van de voorzieningen. c
De vraag rijst vervolgens of het doorbreken C
van een sluitende begroting middels de status van
artikel 12-gemeente de gemeente aan meer inkomsten
zou kunnen helpen. Er zijn twee soorten artikel c
12-gemeenten mogelijk, namelijk gemeenten met c
structureel verstorende factoren, wat niet voor e
Breda geldt en gemeenten die op te ruime voet ge- c
leefd hebben. Dit geldt evenmin voor Breda, maar n
Breda zou zo'n gemeente kunnen worden. Dit wordt v
bemoeilijkt doordat de provincie een financieel t
gezonde begroting eist. Mocht het desondanks voor- 2
komen dat een tekort zich opdringt en dus onont- y
koombaar is, dan zal het ministerie de aanvrage
toch afwijzen, zo is ons bij navraag gebleken. De e
gemeente wordt dan opgedragen samen met gedepu- s
teerde staten dekkingsmiddelen te zoeken om alsnog t
tot een sluitende begroting te komen. Als laatste
perspectief geldt dan een saneringsregeling. Enige I
jaren financieel ruim in het jasje wordt dan ge- n
volgd door de beknelling, enkele jaren later, van -v
de in te voeren sanering. Bovendien wordt het fi- 1
nanciële "extra" voor een artikel 12-gemeente niet 1
door het rijk betaald, maar door de overige gemeen- y
ten. Het geld hiervoor komt natuurlijk uit het ge- c
meentefonds en de omvang daarvan blijft gelijk, y
ongeacht de vraag hoeveel artikel 12-gemeenten er 1
zijn. Alleen als alle gemeenten tegelijkertijd c
zouden besluiten artikel 12-gemeente te worden t
volgens de tweede categorie en daarin op een of x
andere manier ook zouden slagen, wordt het rijk t
tot actie gedwongen. Het is ten eerste de vraag of z
het lukt en ten tweede de vraag of het rijk dit n
accepteert. Gezien bovenstaande feiten acht de g
