2135 14 DECEMBER 1983 Wethouder VAN ASSELDONK: Ik heb gezegd dat het college met de Stichting een aantal randvoor waarden heeft besproken. Er is te verstaan gege ven dat men de taak van overleg tussen gemeente enerzijds en docenten en cursisten anderzijds op zich kan nemen als men ook werkelijk de belangen van de cursisten blijkt de behartigen. Op basis daarvan moet dan de begroting worden doorgenomen, ook aan de hand van een eventuele kostenverminde ring. Ik heb geprobeerd duidelijk te maken hoe tot vermindering van kosten zou kunnen worden gekomen. De heer SIMONS: Als die duidelijkheid er is, is het college dan bereid financiële middelen ter beschikking te stellen om het werk mogelijk te ma ken, of wordt dat nu nog in het midden gelaten? Wethouder VAN ASSELDONK: Dat heb ik niet ge zegd. Wij stellen ons nu op voorhand afwijzend op, want alle informatie die wij hebben is veel te vaag. Ik geef u dit mee in uw functie van inter mediair: als u de mensen ziet, kunt u het ze ver tellen. Op de motie inzake de W-groepen is collega Sandberg al ingegaan. Wat de alfabetisering betreft: over het be drag van 100.000,en over het risico is gere geld gesproken. Wij zijn van mening dat de gemeen te niet méér risico moet nemen dan zij tot nu toe heeft genomen, gezien de financiële problematiek waarmee zij te maken heeft. Wij garanderen dat men 100.000,krijgt en wij zijn van oordeel dat de motie die op dit punt is ingediend, niet moet worden aangenomen. De heer DREEF: Valt er al iets te zeggen over de nieuwe maatregelen van de rijksoverheid in ver band met een regeling voor de extra bijstandskos ten? Wij hebben daarover een vraag gesteld. Als de ontwikkelingen in de verwachte richting gaanwat is dan de financiële consequentie voor de gemeente

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 2135