14 DECEMBER 1983
2146
vernieuwend beleid moet worden ingeleverd. Ik denk
dat dat bij het collegiaal besturen hoort.' Nieuw
beleid vergt zeker bij bezuinigingen een kritische
benadering. Afwegen blijkt niet gemakkelijk te
zijn: het zijn geen krenten of geen rozijnen.
De heer Taks vraagt naar verdere coördinatie
binnen de amateuristische kunstbeoefening. Ik be
grijp deze wens feitelijk niet goed. Wij voelen
er maar dan kan uit onbegrip zijn niet zo
veel voor deze suggestie van de heer Taks te vol
gen. In de eerste plaats is er al ongelooflijk
veel overleg, zowel tussen de wethouder, de afde
ling culturele zaken en de verenigingen als in
vele andere verbanden: ik noem het hafa-verband,
het drumbandoverleg, het korencontact en werkgroe
pen. Anderzijds vraagt een zo bont gezelschap van
ongelijksoortige en uiteenlopende gezelschappen
ook om een bonte lappendeken om zich te kunnen
uiten. De jaarlijkse amateurmanifestatie, de heem
kundige dagen, het afscheidsfeest voor de burge
meester in het Turfschip, de uitwisselingen met
het buitenland en de eigen activiteiten zijn
slechts voorbeelden die aangeven hoe goed het fei
telijk in deze sector gesteld is. Wij menen dat
hier geen verdere regulering past.
Ik deel de mening van de heer Taks dat kor
tingen van rijkswege, van de provincie en derge
lijke moeten worden doorberekend naar de functies,
maar ten dele. Wij hebben juist in het college be
sloten daarover in 1985 wat genuanceerder te gaan
denken, omdat dergelijke doorberekeningen het
plaatselijk beleid noodzakelijkerwijs doorkruisen.
De heer Taks vindt dat wij hiervoor een andere
oplossing moeten vinden: daar zijn we dan ook mee
bezigt ook al besef ik dat deze bezuinigingen mede
bepalend zijn voor de totale financiële capaciteit.
De openbare bibliotheek krijgt terecht veel
aandacht, door de ongekend hoge bezuinigingen van
rijkswege. Terecht wordt gevraagd voor deze "ba
sisvoorziening" overigens een begrip waaraan
geen rechten kunnen worden ontleend